In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
richtlijn: richtlijn nr. 2014/34/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 februari 2014 betreffende de harmonisatie van de wetgevingen van de lidstaten inzake apparaten en beveiligingssystemen bedoeld voor het gebruik op plaatsen waar ontploffingsgevaar kan heersen (herschikking) (PbEU 2014, L 96);
accreditatie: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
apparaten: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
apparaten van groep I: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
apparaten van groep II: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
apparatencategorie: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
beveiligingssystemen: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
CE-markering: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
componenten: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
conformiteitsbeoordeling: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
distributeur: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
EU-conformiteitsbeoordelingsinstantie: conformiteitsbeoordelingsinstantie, genoemd in artikel 2 van de richtlijn;
fabrikant: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
geharmoniseerde norm: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
gemachtigde vertegenwoordiger: hetgeen artikel 2 van richtlijn daaronder verstaat;
importeur: hetgeen artikel 2 van richtlijn daaronder verstaat;
in de handel brengen: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
marktdeelnemer: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
nationale accreditatie-instantie: nationale accreditatie-instantie bedoeld in artikel 2 van de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie;
op de markt aanbieden: hetgeen artikel 2 van de richtlijn daaronder verstaat;
producten: hetgeen artikel 1, eerste lid, van de richtlijn daaronder verstaat; en
wet: Warenwet.